Even Voorstellen: het Nieuwe lid van Programmacommissie Citizen Science voor Gezondheid en Zorg

Sinds april 2021 is Robin Koops commissielid van het programma Citizen Science voor Gezondheid en Zorg (CS4GZ) van ZonMw en Health~Holland. Welk doel heeft hij voor ogen, welke ervaringen brengt hij als ondernemer mee en wat doet hij het liefst in zijn vrije tijd? Een interview om eens goed kennis te maken.

Je bent directeur van Inreda Diabetic; heb je altijd binnen het thema gezondheid gewerkt?

‘Nee; van oorsprong ben ik mechanical engineer en ik was vroeger werkzaam binnen voeding en farmaceutische productie-installaties.’

Wat heb je met citizen science?

‘Nou, vooral mezelf! Ik heb destijds de kunstalvleesklier voor mezelf bedacht en gebouwd. Dat ideeën vanuit de burger om hun eigen leven te verbeteren, op een wetenschappelijke manier een brug vinden naar professioneel onderzoek, naar brede toepassing en beschikbaarheid. Dat is in mijn visie waarnaar Citizen Science moet streven.’

Wat was je reactie toen je voor de commissie werd gevraagd?

‘Ik vond het heel leuk! Ik denk dat ik met mijn achtergrond en expertise waardevolle input kan geven, naast mijn collega-commissieleden die vanuit andere disciplines betrokken zijn. Vaak hebben die een achtergrond in de wetenschap of onderwijs. Ik zit er meer vanuit de praktische kant in, weet wat meer hoe je die onderlinge bruggen kan slaan. Mijn visie is ook meer die van de patiënt; daarin kan ik me goed inleven.’

   Over Robin KoopsFoto

   Geboortedatum: 5 december 1966
   Woonplaats: Goor
   Gezinssituatie: Vrouw, een zoon en een dochter
   Huidige functie: Directeur Inreda Diabetics B.V.
   Hobby's: Klassieke motoren en auto's
 


Wat ga je meenemen naar het programma?

‘Mijn ervaringen als patiënt en als ondernemer. Suikerziekte verveelt vrij snel: het heeft een grote impact, niet alleen op jezelf maar ook op je omgeving, zoals je gezin. Ik had een eigen bedrijf maar dat heb ik moeten verkopen omdat ik het niet volhield. Daarom heb ik destijds mijn arts benaderd met de vraag of er mogelijkheden waren om mijn situatie te verbeteren, bijvoorbeeld door aan een onderzoek mee te doen. Dat leverde helaas niets op, dus ben ik gaan kijken of ik het zelf technisch kon oplossen. Op een avond heb ik mijn idee op papier gezet; dat is uiteindelijk de basis geworden van ons octrooi voor de kunstalvleesklier. Sindsdien zijn er natuurlijk wel kleine aanpassingen gedaan. Na veel stapjes hebben we zelf een bedrijf opgezet; het AMC heeft samen met een Europees consortium geholpen het verder te ontwikkelen. Intussen heb ik 50 medewerkers en zijn we bezig ons bedrijf en product stabiel in de markt te krijgen. Het uiteindelijke doel is om het in 2025 via de basiszorg te kunnen aanbieden. Dan is mijn citizen science-cirkeltje rond. Die ervaring en visie zijn in de commissie zeker goed te gebruiken.’

Wat hoop je dat het programma gaat bereiken?

'Ik wil me er hard voor maken de vervolgstap die er na onderzoek zou moeten zijn, te helpen opzetten. Als er uit onderzoek voor een patiëntengroep waardevolle producten worden ontwikkeld, zou er extra financiering moeten zijn om de stap naar het bedrijfsleven en de maatschappij mogelijk te maken. Van wetenschap-burger naar wetenschap-maatschappij. Daarvoor bestaat nu nog geen programma.'

Wetenschap is iets voor wetenschappers, wat moeten gewone burgers daarmee?

‘Er bestaat een enorm gat tussen wetenschap en burgers. Burgers begrijpen vaak niet precies wat wetenschappers zeggen, maar wetenschappers snappen de burger ook niet. Binnen de wetenschap is de verleiding groot om in onderzoeken te blijven hangen. Je bereikt resultaten, je doet vervolgonderzoeken; je gaat route B en C volgen en voor je het weet zit je op route Z. Er wordt geïnvesteerd in steeds meer onderzoek terwijl mogelijk interessante resultaten ongebruikt blijven. Onderzoek wordt gefinancierd vanuit onderzoeksgeld. Maar er is geen goede overdracht naar het bedrijfsleven, naar productie. Bedrijven kunnen hun risico niet goed genoeg inschatten en pakken het daarom niet op. De vraag is hoe je iets vanuit de wetenschap bij de burger krijgt. Dan heb je een bedrijf nodig, dat er commercieel ook iets aan heeft. Er blijven nu veel nuttige dingen hangen in een soort moeras, terwijl over 5 jaar misschien precies hetzelfde weer wordt onderzocht. Want universiteiten weten van elkaar ook niet genoeg wat ze onderzoeken. Uiteindelijk betaalt de burger al dat onderzoek, maar er komt te weinig voor terug.’

‘Mijn stelling is altijd geweest: wie niet kan delen, kan niet vermenigvuldigen’

Wat hoop je dat het programma gaat bereiken?

‘Ik denk dat het programma zowel kennis en kunde als ook het effect van gezonde keuzes door burgers gaat bevorderen. Die gezonde keuze moet makkelijker zijn en vaker gemaakt kunnen worden. Waarom passen we die niet toe? ’s Avonds zittend op de bank; neem ik een zak chips of ga ik wandelen? Van wetenschap naar gedrag, daar gaat het om. Als we in de toekomst een gezond land willen hebben, en fijne zorg die ook in de toekomst voor iedereen beschikbaar blijft, dan moeten we weten wat in de praktijk echt werkt.’

Wat ga je als nieuw commissielid als allereerste oppakken?

‘Ik ga heel realistisch naar aanvragen kijken: als een onderzoek drie jaar loopt, is het dan ook in die tijd haalbaar? Ik kijk er ook door de bril van een ondernemer naar. Hebben we er iets aan; levert het concreet iets op? Is het haalbaar, overschat de aanvrager zichzelf niet?’

Heb je nog tips voor aanvragers van Citizen Sciences subsidies?

'Voor burgers/ uitvinders/ bedenkers: mijn stelling is altijd geweest ‘wie niet kan delen, kan niet vermenigvuldigen’. Wees dus niet bang om een goed idee te delen met anderen en het verder te brengen zodat andere mensen er later ook gebruik van kunnen maken. En voor wetenschappers: neem burgers met goede ideeën serieus en geef ze een kans en toegang tot de wetenschap. Wetenschappers hebben ook niet alle wijsheid in pacht en vergeet vooral niet dat je zelf ook burger bent. En werk vooral samen!'

Als je vrije tijd hebt, hoe besteed je die dan het liefst?

‘Ik sleutel aan en rijd met een paar oude motoren en auto’s die ik heb. Maar het gaat daarmee zover dat ik af en toe ook meerijd in oldtimer rally’s, en ook het Nederlands Kampioenschap. Daarvoor probeer ik wekelijks een aantal uren in mijn agenda te blokken. En ik neem af en toe een hele dag voor mezelf, dan kan ik lekker ontspannen; de oldtimers zijn dan echt een uitlaatklep voor me.’

Colofon: Tekst Luc van den Abeelen, Redactie Rouming Hu


Bron: ZonMw

Robin Koops

‹ News overview